Carnaval

De invloed van carnaval op mobiliteit naar de steden

Inwoners van Breda (Kielegat) zijn trots op hun stad. Maar met carnaval wordt ook nog wel eens
geklaagd over het grote aantal niet-Brabanders die, komend van ‘boven de rivieren’, in Kielegat het
carnaval gaan vieren. DAT.mobility, onderdeel van de Goudappel Groep en partner van Mezuro, deed op basis van de mobiliteitsgegevens van Mezuro onderzoek naar het carnaval.

In totaal komen er zo’n 382.000 bezoekers naar de 18 onderzochte steden. Van die
bezoekers gaat 77% naar één van de top 5 carnavalssteden:
1. Lampegat (Eindhoven);
2. Oeteldonk (’s Hertogenbosch);
3. Kielegat (Breda);
4. Mestreech (Maastricht);
5. Kruikenstad (Tilburg).

Welke steden trekken de meeste bezoekers van ‘boven de rivieren’?
Uit het onderzoek is gebleken dat Kielegat (Breda), Oeteldonk (’s Hertogenbosch), Krabbegat (Bergen op zoom) en uiteraard Boeskoolstad (Oldenzaal) voornamelijk bezoekers van boven de rivieren trekken. Limburgse steden vieren carnaval vooral met Limburgers onder elkaar. De klacht van Breda is in dit geval dus terecht. En blijkbaar wordt er niet alleen door mensen van ‘onder de rivieren’ carnaval gevierd.